vrijdag 22 april 2011

Een donker gevoel

In een gezelschap van wetenschappers en politici en hen omringende ambtenaren vertelde een astronoom laatst enthousiast over ‘donkere materie’. Uit de waargenomen draaiing van melkwegstelsels en uit de evolutie van het heelal blijkt, onomstotelijk, dat het heelal uit meer bestaat dan alleen de zichtbare materie waaruit de sterren en wijzelf bestaan. Sterker nog, deze ongewone, niet direct waarneembare, ‘donkere’ materie is meer dan vijf keer zo ruim aanwezig als de bekende. De aard van de donkere materie is vooralsnog onbekend, maar moet wezenlijk verschillen van de ons bekende materie, die zou immers samenklonteren in sterren, en dat doet donkere materie niet.

Eén van de leden van het gezelschap suggereerde een verklaring. Naast materiële zijn er ook immateriële dingen: de menselijke geest, gedachten, en dus moest de donkere materie daar wel uit bestaan. Er ging een golf van lichte gêne door het gezelschap en er werd snel op een ander onderwerp overgestapt. Door mij persoonlijk voer een diepe huivering. Afgrijzen. De persoon die sprak is, objectief bezien, hoog opgeleid. Behoort tot ‘de vierde macht’, heeft dus, al dan niet donkere, invloed. Op wetenschaps- en innovatiebeleid, overigens...

Niemand hoeft van mij een ‘beta’ te zijn. Maar ambtenaren die beleid moeten uitvoeren om van Nederland een topkenniseconomie te maken, moeten voortaan gescreend worden op hun appreciatie van donkere materie.

Jos Engelen