vrijdag 27 mei 2011

Paradise by the dashboard light

Onze grootste maatschappelijke verworvenheid is de parlementaire democratie. In die democratie spelen kiezers en gekozenen een essentiële rol. Politicus is een belangrijk vak.

Ik herinner me een interview, op televisie, met Jan Terlouw. Als ik me goed herinner werd het interview afgenomen door Mies Bouwman. Als mijn geheugen me niet bedriegt vond de uitzending plaats in (de vroege) jaren ’70 van de vorige eeuw. Jan Terlouw was een politicus in opkomst met landelijke bekendheid. Hij was gepromoveerd natuurkundige toen hij de politiek in ging. Tijdens het interview werd hem de vraag gesteld wat het grootste verschil tussen zijn werk als politicus en zijn werk als natuurkundige was. Als je als natuurkundige een voordracht gaf, zei Terlouw, dan was je weken met de voorbereiding bezig. Alles wat je zei moest goed gefundeerd zijn en het oordeel van een kritisch publiek van collega-wetenschappers kunnen doorstaan. Als je als politicus een voordracht gaf dan begon je daar eens over na te denken in de auto op weg er naartoe.

Ik zag deze tv-uitzending als jong natuurkundige, op weg om onderzoeker te worden. Ik was verbijsterd en vroeg me af of ik de politiek nog wel serieus kon nemen.

We zijn bijna 40 jaar verder. Politicus is een belangrijk vak. Zonder goede politici geen goed functionerende samenleving. Maar zonder wetenschappers ook niet! Klimaat, energie, voedsel, gezondheid: allemaal maatschappelijke, dus politieke, én wetenschappelijke thema’s. En hiermee samenhangend: economische (dus ook politieke) thema’s waar bovendien het bedrijfsleven belang bij heeft.

Alles wat er nodig is om van deze thema’s kansen te maken voor de Nederlandse samenleving en de Nederlandse economie is een constructieve dialoog tussen politiek, bedrijfsleven en wetenschap. Een dialoog waarin de partijen elkaar als partners zien. Een dialoog gebaseerd op respect en vertrouwen.

Discussies over de wetenschapsagenda worden momenteel in Nederland sterk bepaald door het topsectorenbeleid van het kabinet, ingegeven door VNO/NCW. Water, Energie, Levenswetenschappen, Chemie, High Tech systemen en materialen, Creatieve Industrie, Logistiek, Voedsel, Tuinbouw. Stuk voor stuk gebieden die drijven op kennis uit wetenschappelijk onderzoek en die voor toekomstige doorbraken en innovatie van meer onderzoek afhankelijk zullen zijn. Welk onderzoek? Bij de beantwoording van die vraag begint de spraakverwarring. Bij de beantwoording van die vraag moet het geluid van onze actieve wetenschappers sterk doorklinken en gehoord worden.

Krijgt een plantenwetenschapper het vertrouwen als hij/zij zegt onderzoek te willen doen aan de nog niet begrepen werking van bepaalde genen van bepaalde planten? Of moet deze wetenschapper de opdracht krijgen op zoek te gaan naar een dikkere, rodere, gezondere tomaat?

Het principiële antwoord, ja op de eerste en nee op de tweede vraag bijvoorbeeld, daar gaat het om. De ‘topteams’ die de bovengenoemde ‘topsectoren’ van een agenda moeten voorzien staan dus voor een eenvoudige taak. Eenvoudig? De ‘topteams’ worden aangevoerd door ‘captains’ die hun gewicht ontlenen aan succes in het bedrijfsleven en mede bevolkt door wetenschappers die hun gezag ontlenen aan succes in de wetenschap. Als de ‘captains’ echte klasse hebben laten ze zich er door de wetenschappers van overtuigen dat het antwoord op de eerste vraag ja moet zijn: ja voor vrij onderzoek dat per definitie de grenzen van wat we weten en kunnen opzoekt, en daarmee is impliciet het antwoord op de tweede vraag (nut) ook ja. Heren ‘captains’: dat is een win-win situatie!

Wat het advies van de ‘topteams’ ook zal zijn: onze politici nemen de beslissing. Als ik voor mijn geestesoog Jan Terlouw in de auto zie stappen om een voordracht te gaan geven over het topsectorenbeleid dan ben ik er gerust op: hij herinnert zich hoe afgewogen en doordacht het advies van de wetenschappers is en besluit in de auto hun advies zwaar te laten wegen. Maar vandaag is het belangrijker dat Maxime Verhagen en Halbe Zijlstra in hun auto tot het goede inzicht komen. Hoe meer ik er over nadenk, hoe zekerder ik ervan ben: ook zij zien het licht.


Jos Engelen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten